Een uitvaart kent vaak een bekend patroon van afwisselend muziek en sprekers. Dat biedt houvast aan nabestaanden en belangstellenden. Maar elke uitvaart verdient ook een persoonlijke toets die uniek is voor deze ene overledene. Of die iets essentieels zegt over de relatie met zijn dierbaren.
Zo was er een zoon die in de aula een doos met krantenknipsels van zijn overleden vader neerzette. Iedereen kon een willekeurig knipseltje ter herinnering meenemen. Want vader had járenlang knipsels verzameld die hij ordende op onderwerp, en soms toestuurde aan zijn kinderen en vrienden als hij vond dat iets voor hen lezenswaardig was. Prachtig.
Voor een andere vader traden zijn volwassen kinderen nog één keer op als het bandje dat ze in hun tienerjaren vormden. Steengoede live rock in de aula van het crematorium, en wat was dat voor deze gelegenheid echt passend!
Maar het kan ook veel kleiner. Zo besprak ik een keer bij mij thuis de uitvaart voor een hoogbejaarde man met zijn vrouw; hij woonde toen in een verpleeghuis. Uit een heel oud, versleten roodlederen aktetasje haalde ze wat documenten. “Het is een lelijk ding,” zei ze verontschuldigend, “maar mijn man gebruikte het zijn hele werkende leven, en daarna nog steeds totdat hij werd opgenomen.” Onderwijl streelden haar handen het tasje koesterend. U begrijpt: we ontdekten al gauw dat dit tasje natuurlijk een plekje op zijn kist verdiende als het zover was, bij de bloemen…..